Grootse dingen realiseren

Durf buiten de lijntjes te kleuren

Wie nog zou durven stellen dat Vlaanderen niet bruist van het ondernemend talent, moet dringend afspreken met Conny Vandendriessche en Wim Heylen. Hun levensmotto is respectievelijk ‘Dream, dare, do’ (Conny) en ‘If you can dream it, you can do it’ (Wim). Voor beide ondernemers zijn dromen geen bedrog maar de basis van succes.  

Waar denken jullie spontaan aan bij de term ‘talent’?

Conny Vandendriessche: Talent is geen begrip dat terug te leiden valt tot een bepaalde vaardigheid of een vakgebied. Talent is overal aanwezig. Wil je talent zien, dan moet je wel je ogen en je hart openen. Wim Heylen: Voor mij heeft talent een dubbele betekenis: enerzijds uit talent zich in activiteiten die je graag doet en anderzijds in activiteiten die je goed kan. Die twee aspecten zijn in wisselwerking met elkaar. Voor wie iets graag doet, zal het eenvoudiger zijn om het goed te kunnen. En wie succesvol is in een bepaalde bezigheid, zal die bezigheid ook sneller graag doen. Conny: Ik ben het daar volledig mee eens. Toch is het volgens mij nodig om mensen uit hun comfortzone te trekken zodat ze talenten leren kennen die ze nog niet eerder kenden. Ik houd ervan om mensen figuurlijk bij de hand te nemen, te coachen en te laten ontdekken over welke intrinsieke meerwaarde ze beschikken. Binnen House of HR geven we graag die extra push omdat het medewerkers gelukkiger maakt.  

Biedt het huidige onderwijssysteem voldoende

voedingsbodem om talenten te laten rijpen?

Wim: De vraag stellen is ze ook beantwoorden. Wat het huidige onderwijs zeker niet doet, is kinderen uit hun comfortzone duwen, integendeel.   Conny: Het onderwijssysteem staat ook haaks op onze visie hoe je talent ontdekt en ontwikkelt. Kinderen worden aangemoedigd om binnen de lijntjes te kleuren. Het zou fantastisch zijn mochten we jongeren laten experimenteren met activiteiten waar ze energie van krijgen. Nu ligt de focus op theoretische leerstof die binnen bepaalde opgelegde eindtermen valt.   Wim: De scholen of onderwijsnetwerken die hun studenten wel stimuleren om buiten hun comfortzone talenten te ontdekken, zijn alleszins buitenbeentjes. Het gaat dan vaak om internationaal georiënteerde instellingen.  

Hoe zorg je er als onderneming voor dat talenten in een zo goed mogelijke context terechtkomen?

Conny: Upskillen van medewerkers is cruciaal. Medewerkers komen uit een onderwijscontext waarin ze onvoldoende voorbereid worden op de huidige economische wensen. Als werkgever krijgen wij steeds vaker de verantwoordelijkheid om dat spreekwoordelijke gat dicht te rijden. Wij leveren bijgevolg veel inspanningen met als doel de talenten van medewerkers naar de oppervlakte te brengen. Denk maar aan trainingen en workshops. ‘Education’ is binnen bedrijven meer dan ooit het sleutelwoord.   Wim: Ik denk dat het belangrijk is om een cultuur te creëren waarin het toegelaten is om te falen. Opleidingen zijn alvast een goede start. Wie echter schrik heeft om te falen, zal minder geneigd zijn om de grenzen van de comfortzone over te steken. Binnen Heylen Group leeft de volgende gedachtegang: ‘wanneer ik iets nog niet gedaan heb, dan zal ik het waarschijnlijk wel kunnen’.   Conny: Dat is een filosofie die ook binnen House of HR leeft. Wij voegen aan onze arbeidscontracten zelfs een addendum toe waarin er zwart op wit staat dat er mag gefaald worden. Wanneer nieuwe medewerkers een dergelijk addendum ondertekenen, dan voelen ze meteen dat het menens is met onze cultuur. Eén van de waarden van ons bedrijf is trouwens ‘Be gutsy’: wees een rebel, kleur buiten de lijntjes, durf te falen en sta weer recht.  
 

Hoe belangrijk is persoonlijk geluk en welzijn voor zakelijk succes?

Conny: Ik zit al 27 jaar in de zakenwereld en persoonlijk geluk is, al zolang ik mij kan herinneren, een hot item bij bedrijven. Wie zich goed voelt als mens, zal ook beter presteren op de werkvloer. Meer nog, er komt een kettingreactie op gang: het volledig bedrijf voelt zich goed en de klanten voelen de vibe die het bedrijf uitstraalt.   Wim: Ik geloof ook dat geluk een keuze is: je moet willen gelukkig zijn. Geluk reikt in dat opzicht verder dan tevredenheid. Als onderneming spannen wij ons in om al onze medewerkers naar boven te trekken als mens.   Conny: Reeds bij de oprichting van Accent (in 1995, nvdr.) gingen wij proactief op zoek naar profielen die binnen de cultuur van de onderneming zouden passen. Wij noemden die profielen de ‘Accenters’. Eén van de kenmerken van een Accenter was positiviteit. Mensen die tijdens het selectiegesprek blijk gaven van een negatieve houding, kwamen niet in aanmerking voor een aanwerving. Het kost immers (te) veel energie om die mensen naar een ‘positief’ niveau te brengen.  

Jullie hebben beiden een levensmotto waarin ‘dromen’ centraal staan. Kunnen jullie dit toelichten?

Conny: Mijn levensmotto ‘Dream, Dare, Do’ bestaat al heel lang en is een natuurlijk verlengstuk van wie ik ben. Alles start met een droom, in het begin een kleine droom, maar ik houd ervan om snel in de actie te stappen. Het element ‘Dare’ heb ik nadien toegevoegd. Als vrouw ben je van nature iets meer risicoschuw, maar na een aantal successen is het eenvoudiger om durf en lef te tonen. Aan deze slogan heb ik later ook nog ‘Deuredoen’ toegevoegd, ‘doordoen’ in het West-Vlaams alsook ‘Delen’. House of HR telt 550 aandeelhouders en het ‘delen’ van mijn bedrijf en mijn successen is een evidentie. Het is immers dankzij mijn fantastische aandeelhouders en medewerkers dat ik mijn dromen kan waarmaken.   Wim: Mijn motto is ‘If you can dream it, you can do it’. Ik geloof dat je je hele leven moet kunnen blijven dromen. Wie droomt, maakt plannen en wie plannen maakt, blijft jong. Ik zet iedereen binnen ons bedrijf aan om dromen na te jagen.  
 

Wanneer beslis je om van een droom over te gaan tot actie?

Wim: Eigenlijk is een goed idee op zich niets waard, een goed idee dat je uitwerkt wel. Een valkuil is echter om met ieder idee iets te willen doen. Je moet selectief zijn. Er bestaat niet echt een handboek over hoe en welke plannen je concreet moet maken. Wanneer een droom vaak terugkomt, is dat voor mij een teken dat die droom het verdient om uitgewerkt te worden.   Conny: Ik volg je helemaal. Wat typisch is voor ondernemers is dat ze denken in opportuniteiten. Veel bedrijven, vooral startups, zijn echter nog te klein om alle opportuniteiten te benutten. Ik begeleid veel jonge ondernemingen en één van de prioriteiten is een stevig fundament bouwen: bestendige omzet, de juiste mensen op de juiste plaats, enzovoort. Pas dan kunnen ze naar de volgende opportuniteit stappen. Dromen zijn nodig om vooruit te gaan, maar tegelijk moeten ondernemers de focus behouden op hun core business. Hoe verder je van je core business verwijderd bent, hoe moeilijker het is om hetzelfde verhaal te schrijven.   Wim: Ik vind het als ondernemer zelfs een luxe om te mogen focussen. Het is immers vermoeiend om veel hengels tegelijk in het water te houden. Ik ben ooit gestart met twee bedrijven, één in de huisdierensector en één in de winkelinrichting. Als bedrijfsleider van beide bedrijven voelde ik dat ik altijd wel iets tekort deed aan de ene of aan de andere kant. Ik heb toen geleerd dat focus cruciaal is.  

Jullie zijn beiden bezig met veel projecten. Hoe slagen jullie erin om die focus te behouden?

Conny: Wie wil stoppen met micromanagement, moet leren loslaten. Voor ondernemers is dat één van de moeilijkste processen. Wie schoonmoederlijk in de nek van de medewerkers gaat hijgen, zet een rem op de eigen groei. Ik was mij bewust van de moeilijkheid van het loslaten en heb dan ook het initiatief genomen om een aantal cursussen te volgen. Bovendien zag ik in mijn omgeving voorbeelden van bedrijven waar de kinderen bijna 50 jaar oud waren en het bedrijf nog steeds niet in handen hadden. De reden? De ouders durfden de controle niet uit handen geven en dus ontstond er voor de volgende generatie onvoldoende ruimte om te handelen vanuit de eigen talenten. Het eerste jaar is dat voor mij een proces van bloed, zweet en tranen geweest. Duidelijke afspraken met medezaakvoerders zijn doorslaggevend geweest om die periode succesvol te doorlopen.   Wim: Dat proces is zeer herkenbaar. Ik houd echter voor ogen dat mijn stoel altijd warm is voor iemand anders. Je moet als ondernemer steeds klaar staan om de volgende stap te zetten. Soms betekent het dat je stopt met het dagelijkse bestuur, wat ik zelf in 2021 heb gedaan. Didier Clerx en ikzelf hebben een driekoppige directie aangesteld en hen de volledige autonomie gegeven om het bedrijf dagelijks te leiden. Wat ik zelf nog doe? Het DNA van het bedrijf bewaken. Conny: Wanneer je loslaat, maak je ruimte om dromen te realiseren. Wanneer een deur sluit, dan gaat er altijd een andere deur open. En geloof me, wat er achter die nieuwe deur zit, is vaak nog mooier.  
 

Hoe belangrijk zijn externe bestuurders in dat proces?

Conny: Ik ben groot geworden met externe bestuurders. Ik heb zelf de opleidingen Verpleegkunde en Toerisme gevolgd. Heel diep vanbinnen was er altijd een stemmetje dat zei: ‘Conny, je hebt niet de juiste studies gedaan om een bedrijf uit te bouwen’. Dat stemmetje klonk nog luider tijdens meetings waarin er gegoocheld werd met ingewikkelde businesstermen. Ik heb me dus altijd omringd met mensen die mij omhoog duwden en dat heeft me geen windeieren gelegd. Een Raad van Bestuur is een team dat het verlengstuk is van jezelf en dat over een complementaire ervaring beschikt. Daarnaast heb ik steeds gezorgd voor diversiteit in de Raden van Bestuur: mannen en vrouwen, jonge en ervaren board members, enzovoort.   Wim: Op het vlak van externe bestuursraden moet ik mezelf een groentje noemen. Slechts twee van onze twaalf bedrijvenclusters hebben een Raad van Bestuur met externe bestuurders. Eén van de externe bestuurders hebben we trouwens gevonden via Stella P., het bedrijf van Conny. Deze eerste ervaring met externe bestuurders heeft mij wel de meerwaarde ervan doen inzien en de overtuiging gegeven dat we meer externe bestuurders moeten aantrekken.  

Hoe ver staan we vandaag op het vlak van diversiteit in de bestuursraden?

Conny: Diversiteit komt met verschillende snelheden en in golven aangewaaid. Sinds 2014 zien we een duidelijke shift in het man-vrouwverhaal. Momenteel zitten we op 30% à 40% vrouwen in de Raden van Bestuur, zowel in de beursgenoteerde bedrijven als in de Kmo’s. Dat is een evolutie die mij blij maakt. Daarnaast is er de leeftijd en dat blijft een uitdaging. De gemiddelde leeftijd ligt rond 55 jaar, een gemiddelde dat traag maar gestaag daalt. Het blijft momenteel nog moeilijk om 30- tot 40-jarigen in een Board te krijgen. Als derde zijn er de mensen met een etnische achtergrond. Dat blijft bijzonder moeilijk, maar we werken eraan.   Wim: Ook als het op diversiteit aankomt, ben ik een groentje, maar wel één met een mening. Wie vaak reist, ziet dat een mengeling van culturen verrassende resultaten oplevert, ook in de bedrijfswereld. Heylen Group is een bedrijf dat gebouwd is op de Kempische zandgrond en we hebben nog altijd een beetje die ‘ons-kent-ons’-mentaliteit. Nochtans opent diversiteit de deur richting reële expansie en grensverleggende resultaten. Ik ben dus een believer van het diversiteitsverhaal, maar zelf nog niet voldoende actief.  

Waar dromen jullie nog van?

Wim: Ik droom ervan om een bedrijf uit te bouwen dat over de generaties heen kan blijven bestaan, zonder mijn persoonlijke bijdrage te moeten blijven leveren. Ik wil een ‘beter’ bedrijf met een sterk DNA uitbouwen. ‘Beter’ houdt ook maatschappelijk geëngageerd in. Ik ben zelf proactief bezig met CSR vanuit de overtuiging dat een maatschappelijk engagement nodig is om te blijven bestaan als onderneming.    Conny: Waar ik nog van droom? Heel hard inzetten op vrouwelijk ondernemerschap. Daarnaast is mijn droom om met House of HR dagelijks 100.000 mensen tewerk te stellen.

Deze lees je misschien ook graag