De Koninklijke Nederlandse Munt werd opgericht in 1567 en staat bekend als één van de eerste staatsbedrijven in Nederland. Vandaag hoort het tot de top 5 producenten van circulatiemunten, koninklijke onderscheidingen en verzamelproducten wereldwijd. We spraken met CEO Vincent Van Hecke over de geschiedenis van de KNM, over innovatie, duurzaamheid en over The Dutch Vault, het nieuwe toonaangevende muntgebouw.
BIO
Nog voor hij aan de slag ging als CEO bij de KNM, vond CEO Vincent Van Hecke zijn passie voor munten bij Mauquoy Token Company, producent van gepersonaliseerde jetons en munten waarvan hij sinds 2014 CEO is.
Kan je ons wat meer vertellen over het ontwerp van jullie nieuwe gebouw?
De Koninklijke Nederlandse Munt ging het monumentale Muntgebouw in het centrum van Utrecht na meer dan 100 jaar verlaten om intrek te nemen in een modern pand aan de rand van de stad. De opdracht voor de architect was om een even iconisch gebouw te ontwerpen maar dan in een moderne variant die ook voldoet aan onze eisen op het vlak van logistiek, veiligheid en duurzaamheid.
Dat was een uiterst moeilijke opdracht waarin de architect (Wilma-Wastiau) met glans is geslaagd. De architect haalde zijn inspiratie uit de Nederlandse 2 euromunt waarop Koning Willem Alexander is afgebeeld in vlakken. Dat verwijst naar het verkavelde landschap van Nederland; het beeld dat je ziet als je in een vliegtuig stapt en over het land vliegt. Deze typisch Nederlandse vlakken zie je terug in de gouden panelen van het gebouw.
Geld moet worden geproduceerd in een beveiligde omgeving. Kan je hier iets meer over vertellen?
Dat klopt. De meeste centrale banken stellen strenge beveiligingseisen aan de producent van hun muntgeld. Met ons nieuwe gebouw, genaamd The Dutch Vault, voldoen we aan de hoogste eisen op het vlak van inbraakbeveiliging.
Het ontwerp van het gebouw speelt hierin ook een rol. Het pand is omsloten door water en een hekwerk. Er zijn zware betonnen muren en metalen buitendeuren en -poorten alsook sluizen om te laden en te lossen.
Het gebouw heeft bovendien geen ramen aan de buitenzijde. Het daglicht komt binnen via lichtstraten boven het magazijn en via de binnentuin in de kantoren. Er staan zelfs warmtecamera’s op het dak, die elke indringer opmerken nog voor hij of zij het gebouw binnenkomt. Er kan geen eend op ons terrein komen zonder dat de beveiliger hierover een melding krijgt.
The Dutch Vault is een pareltje van een gebouw maar daarnaast ook voorzien van enkele duurzame toepassingen. Kan je hier iets meer over vertellen?
The Dutch Vault is gelegen op een industrieterrein zonder gasaansluiting en we maken dus geen gebruik van fossiele brandstoffen. Door de installatie van zonnepanelen op het dak is de Koninklijke Nederlandse Munt zelfvoorzienend in haar energiebehoefte. Daarmee werden we in 2020 het eerste CO2-neutrale munthuis ter wereld.
We gaan bovendien zorgvuldig om met onze energie. Zo wordt er enkel verlicht met LED. De warmte van de muntpersen wordt hergebruikt voor de opwarming van het gebouw in de winter en wordt naar buiten afgevoerd in de zomer. Ook maken we gebruik van een “natuurlijke” airco: in de zomer koelt ons HVAC-systeem het gebouw ‘s nachts met buitenlucht. Door de isolerende werking van de buitenmuren blijft het gebouw koel tot ‘s avonds in de zomer en blijft de warmte goed behouden in de winter.
Wat maakt KNM zo uniek? Waarin verschillen jullie van jullie concullega’s?
De Koninklijke Nederlandse Munt, opgericht in 1567, is een van de oudste bedrijven van Nederland. We werken met een uiterst dynamisch en ambitieus team van medewerkers die elke dag staan te springen om iets nieuws te bedenken. Onze concullega’s zijn erg gericht op de thuismarkt waarin ze vanuit een bevoorrechte positie producten maken voor de centrale bank en voor de consument. Wij beseften dat we na de introductie van de euro nieuwe markten moesten vinden en ontwikkelen om een duurzame toekomst te hebben. Vandaag komt het overgrote deel van onze business uit export. We hebben in bepaalde marktsegmenten een uniek aanbod door ons meer klantgericht op te stellen terwijl onze concullega’s eerder in hun comfortzone blijven. Ook op het vlak van techniek zijn we vooruitstrevend. Zo heeft de Koninklijke Nederlandse Munt eind jaren ’90 het lasergraveren in de muntsector geïntroduceerd en kenmerkt onze productie zich door een hoge mate van automatisatie. Er is geen enkel munthuis dat zoveel circulatiemunten of herdenkingsmunten kan produceren per medewerker in dienst.
De Koninklijke Nederlandse Munt is als staatsbedrijf veranderd in een bedrijf in privéhanden. Wat is de impact van deze shift op de werking van het munthuis?
Munt op dezelfde wijze was doorgegaan na de privatisering in 2016, zouden we geen duurzame toekomst hebben gehad. Het kostenniveau was te hoog en er waren onvoldoende opdrachten om op zelfstandige basis te kunnen voortbestaan.
De verkoop aan Heylen Group bleek een goede zet. Deze overname heeft een ondernemersmentaliteit met zich meegebracht, een andere manier van denken en werken. De organisatie is platter, medewerkers nemen steeds meer initiatief en verantwoordelijkheid op om processen te verbeteren. De lijnen zijn korter, de meetings zijn to the point en er worden snelle en duidelijke beslissingen genomen.
Door deze extra focus zijn zowel ons kostenniveau als onze dienstverlening verbeterd. Steeds meer internationale klanten, zowel centrale banken als marketingbedrijven, vinden de weg naar de Koninklijke Nederlandse Munt.
Duurzaamheid is een trend die zich in alle sectoren duidelijk manifesteert. In welke mate speelt die mee in jullie sector? Hoe integreren jullie duurzaamheid in jullie werking, productie … ? Merken jullie dit ook specifiek op binnen jullie sector? Hoe spelen jullie hierop in?
Zowel centrale banken als particulieren klanten hechten steeds meer belang aan duurzaamheid. Een jaar na de privatisering, in 2017, zijn we gestart met de implementatie van de ISO 14001-norm, wellicht het bekendste milieumanagementsysteem. Inmiddels eisen verschillende Europese centrale banken dat hun leveranciers een ISO 14001-certificaat kunnen voorleggen. We verwachten dat ook centrale banken buiten Europa dit op een bepaalde moment als voorwaarde gaan stellen.
Duurzaamheid is nu volledig in onze processen geslopen. Ieder idee om onze ecologische voetafdruk te verminderen wordt op managementniveau besproken. Die ideeën komen zowel van medewerkers, klanten als van andere stakeholders. Een voorbeeld is een medewerker die voorstelde om ons afval (plastic, pallets, enz.) aan te bieden aan geïnteresseerde partijen. We moeten hiervoor zorgvuldig sorteren, maar we zijn trots dat ons (niet-metalen) afval nu voor meer dan 50% circulair wordt hergebruikt.
Wij adviseren onze klanten bovendien continu over de beste manieren om hun ecologische voetafdruk te verminderen. We gebruiken bijvoorbeeld zoveel mogelijk inkomende verpakkingen. Voor circulatiemunten gaat het vaak om honderden containers en dan maken dergelijke keuzes een belangrijk verschil.
Op welke manier tracht KNM zich te onderscheiden binnen de sector op gebied van duurzaamheid? Wat doet KNM meer, minder of anders?
De Koninklijke Nederlandse Munt wil niet duurzaam zijn omdat dat nu eenmaal verwacht wordt maar we willen echt het verschil maken. In onze nogal statische sector betekent dit dat we de innovators zijn die het goede voorbeeld geven voor anderen. We implementeerden als één van de eerste munthuizen een ISO 14001-systeem en we waren als eerste munthuis energie neutraal.
Geldproductie blijft enkel bestaan als het duurzaam gebeurt. Dat betekent dat het kosteneffectief moet zijn en dat de ecologische voetafdruk beperkt moet blij ven. Een cashsysteem heeft geen zwaardere ecologische voetafdruk dan cashloze alternatieven maar dan moet het wel efficiënt zijn. Als munthuis ben je een belangrijke stakeholder in dit ecosysteem.
Efficiëntie en duurnaamheid gaan overigens hand in hand. Wij kunnen per medewerker ongeveer 50 miljoen circulatiemunten per jaar slaan. Onze collega-munthuizen slaan er 10 tot 20 miljoen per jaar. Dat betekent dat er meer dan dubbel zoveel mensen naar het bedrijf moeten komen, terwijl er net krapte is op de Europese arbeidsmarkt.
Wat doet KNM meer dan de opgelegde overheidsregels i.v.m. het verduurzamen van de productie/het verduurzamen van het eindproduct?
noodzakelijke wettelijke kader en zelfs verder dan de vereisten van het milieumanagementsysteem ISO 14001. Zo worden onze producten verpakt in FSC-karton, printen we dubbelzijdig en zwartwit, wordt het regenwater gebruikt voor sanitair water. Daarnaast moedigen we onze medewerkers ook op allerlei manieren aan om zich op alternatieve manieren te verplaatsen in plaats van met de wagen.
Hoe ziet het duurzaamheidsplan van KNM er concreet uit?
We proberen in te zetten op de elementen die het grootste verschil maken. Onze manier van munten produceren brengt een minimale ecologische voetafdruk met zich mee. We verbruiken elektriciteit en gereedschappen om munten te slaan. Het monitoren van het elektriciteitsverbruik en gereedschapsstaal staat continu op de agenda.
Daarnaast worden er ook chemicaliën gebruikt om munten te polijsten en om de levensduur van deze gereedschappen te vergroten. Ook deze afvalstromen worden hergebruikt of gezuiverd zodat de uiteindelijke concentratie van metalen en chemicaliën in ons afvalwater onbeduidend is.
Met de verhuizing naar ons nieuwe pand in 2020 en door nieuwe technieken te gebruiken, hebben we de belangrijkste energieverbruikers fors kunnen verminderen. In de toekomst willen we nieuwe ideeën rond duurzaamheid overwegen en implementeren. Het is onze droom om ooit volledig off grid te gaan. Met de huidige technieken is dat nog niet mogelijk, maar tegen 2030 hopelijk wel.
EXECUTIVE SUMMARY
Royal Dutch Mint – Vincent Van Hecke
The Royal Dutch Mint, privately owned and part of the Heylen Group since 2016, has moved into a new building on the edge of the city of Utrecht after more than 100 years. The architect Wilma-Wastiau was commissioned to design an icon ic building, but one that meets all modern requirements in terms of logistics, safety and sustainability. The result is worth seeing. The Dutch Vault is a building that is secure down to the last detail: enclosed by water, heat cameras, thick concrete wal Is, etc. But the building also scores high in terms of sustainability. The management of the Royal Dutch Mint is particularly receptive to all proposals that improve sustainability. For the mint, sustainability also equals efficiency. For example, the Royal Dutch Mint mints 50 million circulation coins per employee each year, which means fewer people have to come to the company than at similar businesses.